schrijverschap etymology

Dutch word schrijverschap comes from Dutch -schap (-ship.), Dutch schrijver (Writer.)

Detailed word origin of schrijverschap

Dictionary entryLanguageDefinition
-schap Dutch (nld) -ship.
schrijver Dutch (nld) Writer.
schrijverschap Dutch (nld) Authorship.

Words with the same origin as schrijverschap

Descendants of -schap
agentschap ballingschap beterschap blijdschap broederschap eigenschap genootschap gereedschap gevangenschap heerschappij kampioenschap leiderschap lidmaatschap maatschappelijk maatschappij moederschap nalatenschap ouderschap vaderschap vakmanschap vennootschap weddenschap wetenschap zwangerschap zwangerschapsverlof